woensdag 15 oktober 2014

Working with communities is the key to stopping Ebola

Sinds de Ebola-crisis in volle kracht uitbrak in West-Afrika, begin augustus, is de ernst langzaam maar zeker ook buiten deze regio doorgedrongen. Lange tijd was het een ver-van-mijn-bed show. Echter, naast de schrijnende beelden van creperende mensen op straat, verplegers in gele pakken en het alsmaar stijgende aantal doden, waren het vooral, hoe cynisch kun je hier van worden, de Ebola-gevallen in de VS en Europa, die de rest van de wereld wakker deden schudden. Niet dat het tot massale protesten kwam in hoofdsteden om regeringen en internationale organisaties aan te sporen hulp te bieden. De enige mij bekende anti-Ebola demonstratie vond plaats in Madrid. Niet als blijk van humanitaire compassie met de lijdende bevolking in West-Afrika, maar vanwege het feit dat een hond van een geïnfecteerde verpleegster afgemaakt moest worden.

Slecht bestuur

In mijn blog van 2 augustus, dat in een samenvatting enkele dagen later in de Volkskrant verscheen, betoogde ik dat het vooral te wijten was aan het slechte bestuur in Liberia (en andere West-Afrikaanse landen) dat het Ebola-virus om zich heen kan grijpen. Van een corrupte overheid die weinig vertrouwen geniet onder de bevolking en verantwoordelijk is voor een totaal verwaarloosde gezondheidszorg, kun je moeilijk een adequate reactie verwachten. Integendeel, de incompetentie werd bewezen door een contraproductieve aanpak van wijken isoleren, avondklokken instellen en militairen in plaats van dokters op radeloze burgers af te sturen.
Inmiddels is de (toegezegde) hulp fors gestegen. Maar ook die hulp is voor het overgrote deel nog steeds niet effectief. De quarantaine centra die opgebouwd moeten worden, de vele medische hulpmiddelen die ingescheept of ingevlogen –en vervolgens uitgeklaard- moeten worden, het trainen van gezondheidswerkers: dit alles vergt weken van voorbereiding.
Intussen stijgt het aantal Ebola gevallen schrikbarend. De WHO (World Health Organisation) liet gisteren opnieuw een noodkreet horen: de uitbraak breidt zich uit tot naar voor kort veilige gebieden. Het vandaag (15 oktober) gepubliceerde ‘WHO situation report’ laat zien dat het aantal doden inmiddels tot 4484 is gestegen, waarvan 2458 in Liberia.

Particuliere initiatieven

Naast de langzaam op gang gekomen internationale hulp, vinden er ook andere initiatieven plaats. Er zijn veel particulieren die op hun manier, vaak op lokaal niveau, vol compassie bijdragen aan de strijd tegen Ebola. Zo voorziet de Nederlandse Anneke Quoi met haar Liberiaanse man vele gezinnen van een emmer-met-kraantje, waardoor frequent de handen gewassen kunnen worden met gebleekt water. Giften zijn welkom: neem een kijkje op hun Facebookpagina


Een ander initiatief is van Jacq Turel: Good Libraries Liberia. Zij organiseerde bibliotheken in openbare basisscholen in Monrovia, die verstoken zijn van leerboeken. Tijdelijk terug in Amsterdam organiseert ze een inzamelingsactie om de scholen van leerboeken te voorzien. De eerste actie was op de Amsterdamse Anne Frankschool waar de leerlingen tijdens de Kinderboekenweek op een hartverwarmende manier het startschot voor de actie gaven en bijna 2000 euro inzamelde. Klik hier voor de Facebookpagina. Naast deze twee zijn er talloze andere initiatieven. Een Liberiaanse moeder die het niet langer kon aanzien dat kinderen van onderwijs verstoken zijn – de scholen zijn dicht – en kinderen thuis lesgeeft. De onvermoeibare Katie Meyler, zojuist nog in het 8-uur-journaal, die elke dag de sloppenwijk West Point intrekt om de mensen te waarschuwen en ziekenvervoer regelt als dat nodig is.

Working with communities is the key to stopping Ebola

Het NDI-programma, waar ik nu vanuit Amsterdam aan werk, is helemaal omgegooid. Onze Civil Society Partners hebben zich geheel op de Ebola gestort. In 16 communities, waar in totaal zo’n 400.000 mensen wonen, wordt door hen voorlichting gegeven over hoe het Ebola-virus te vermijden. Het zijn kwetsbare communities waar totnutoe deze voorlichting niet plaats vond. Het gaat dan niet alleen om het uitdelen van folders en affiches, maar vooral ook om met chiefs, religieuze leiders, vrouwen- en jongerengroepen samen activiteiten te ontwikkelen die direct aansluiten op de belevingswereld van de bewoners. Want daar zijn alle deskundigen het over eens: Working with communities is the key to stopping Ebola zoals de WHO-website het kernachtig omschrijft.


Daarnaast richten de activiteiten van onze partners zich ook op de governance: wat hebben de parlementariërs, die door deze communities in hun zetels zijn geheven, zoal gedaan? Bereikt de (inter)nationale hulp wel de mensen in de arme wijken en afgelegen dorpen? Worden de gezondheidswerkers voldoende gesteund? Hoe effectief werkt de regering? Wat blijft er aan de strijkstok hangen? En, cruciaal, wat kan er van deze crisis worden geleerd om de kwaliteit van het landsbestuur en de publieke sector ingrijpend te verbeteren? Dit laatste zou aan de orde moeten komen in onderzoekscommissies en publieke hoorzittingen als de Ebola onder controle en op de terugtocht is. Zo ver is het echter helaas nog niet.