zaterdag 18 april 2015

President neemt Liberiaanse Rekenkamer niet serieus

Het rapport van de Liberiaanse rekenkamer over de besteding van Ebola-gelden, waar ik vorige week in mijn blog over schreef, heeft deze week nogal wat publiciteit opgeleverd in de Liberiaanse kranten. Een krant drukte een groot deel van de bevindingen integraal af, wat op mij toch meer als journalistieke luiheid overkomt, dan serieuze berichtgeving. Rapporten van rekenkamers plegen doorgaans, ondanks de pittige zaken die soms worden onthuld, door het ambtelijke taalgebruik niet tot lezen uit te nodigen. Wat dat laatste betreft: de strijd die de voormalige Nederlandse Ombudsman Brenninkmeijer  nu in EU verband voert, als lid van de Europese Rekenkamer, tegen onleesbare rapporten verdient alle navolging. Lees hier zijn interview in de Volkskrant van vorige week.

Rekeningen nummeren

Mijn goede vriend Peter Sertons, voorzitter  van enkele  (Nederlandse) gemeentelijke rekenkamers, vroeg me of er ook aanbevelingen in het rapport van de Liberiaanse rekenkamer stonden. Het antwoord is ja en nee. Per geval wordt er wel een aanbeveling gedaan, maar dat is steeds in de trant van: dienst  x moet de rekeningen goed nummeren, ambtenaar  y moet het bedrag van 10.000 dollar aan  uitgaven voor benzine alsnog verantwoorden en minister Z moet de aanbestedingen volgens de regels laten verlopen. Ambtenaren en ministers worden overigens wel met name genoemd. Maar er worden geen aanbevelingen gedaan die meer structureel van aard zijn. Dat zal komen omdat  in de inleiding van het rapport de rekenkamer  stelt dat op grond van het uitgevoerde onderzoek onvoldoende bewijsmateriaal kon worden gevonden om een conclusie te onderbouwen. Daarmee wordt vooral gedoeld op de gebreken die de rekenkamer heeft geconstateerd met betrekking tot een verantwoording van gedane uitgaven. Immers, ruim 10% van de uitgaven kon niet  of onvoldoende worden verantwoord, maar daarmee is nog niet gezegd, zo lijkt de rekenkamer te willen zeggen, dat er gefraudeerd is of op andere manier onrechtmatig is gehandeld. Als dat zo is zijn er natuurlijk andere maatregelen nodig dan aanmoedigingen om rekeningen te nummeren.

President Johnson-Sirleaf
Waar is het busje?

Intussen heeft de president van Liberia, Ellen Johnson-Sirleaf als een adder gebeten op het rapport gereageerd tijdens een media meeting. Hoewel ze toegaf het rapport nog niet te hebben gelezen, maar er over gebriefd was door haar ambtenaren, weersprak zij  suggesties dat er iets mis gegaan zou zijn en hamerde er op dat in die eerste maanden van de Ebola crisis  de paniek groot was. (Zoals verleden week beschreven gaat  het rapport slechts over een beperkte periode en over een beperkt deel van beschikbaar gestelde gelden voor de Ebola-bestrijding.)
Nu heeft ze ongetwijfeld een punt: de paniek was groot en er moest snel worden gehandeld. En dus, zo stelde ze,  moet er niet worden gezeurd als de regels m.b.t. het aanschaffen van een busje (nl. een aanbestedingsprocedure  met drie prijsaanbiedingen) niet werden gevolgd. Dat busje moest er snel komen om hulpverleners te vervoeren, de procedure volgen zou weken hebben geduurd, en mensenleven hebben gekost.
Daarin heeft ze natuurlijk gelijk, maar ze heeft geen punt. Het busje wordt wel genoemd in het rapport: de rekenkamer (GAC) kon het aanvankelijk niet vinden, maar nadat het Ministerie van Volksgezondheid (MOH) had meegedeeld  ‘It is presently located in the yard
of the MOH Central office awaiting repair. GAC is welcome to physical verify this bus
is, where is’ constateert de rekenkamer, nadat ze op 3 april daar een kijkje heeft genomen: ‘the issue of the fifteen seater bus is resolved’.


De rekenkamer constateert weliswaar dat een aantal keren de juiste procedure bij een aanschaf niet is gevolgd. Maar de kamer is kritischer op andere kwesties zoals de vele uitkeringen die aan ambtenaren zijn gedaan zonder dat er sprake scheen te zijn van enige Ebola betrokkenheid, materialen en apparaten die zijn gekocht en onvindbaar zijn, valse rekeningen, de bijna 700.000 dollar die het Ministerie van Defensie heeft ontvangen, maar niet kan verantwoorden enz. De president laat met haar reactie zien weinig trek te hebben om zich te verantwoorden. En dat draagt er toe bij, en praktisch alle kranten wezen daarop, dat er niets terecht is gekomen van wat zij bij haar eerste uitverkiezing in 2006 als topprioriteit de Liberianen voorspiegelde: een compromisloze bestrijding van de diep gewortelde en wijd verspreide corruptie

Urgentie

Hoe nu verder? Het rapport is toegestuurd aan de voorzitters van het Huis van Afgevaardigden en van de Senaat met het verzoek dat beide Kamers de implementatie van de aanbevelingen in het rapport met urgentie ter hand nemen. Op zich een logische aanbeveling in de zin dat verantwoordelijke ministers ter verantwoording moeten worden geroepen. Maar gezien de veelal zeer gedetailleerde  aanbevelingen, en het gebrek aan conclusies die het wezen raken van de fragiele staat die Liberia is –en hoe dat te verbeteren- vrees ik dat er weinig zal gebeuren. Wellicht dat nieuwe rapporten van de rekenkamer –en van internationale organisaties- over de besteding van alle Ebola-gerelateerde gelden over de volle periode daar verandering in gaan brengen.

Geen opmerkingen: